15 May 2012

Olympic Fruit Barendrecht medeplichtig aan mensenrechtenschendingen

Bij Olympic Fruit in Barendrecht zijn de eerste druiven uit Israël per luchtvracht gearriveerd. De druiven zijn afkomstig uit de Jordan Valley. De eerste druiven zijn volgens Jacob Visser vrij vroeg, maar er is volgens de importeur voldoende ruimte op de markt. In de eerste weken krijgen we 4,5 kilo binnen en de komende weken volgen ook verpakte in 10 x 500.

“De vraag naar druiven is goed en voor de eerste druiven realiseren we goede prijzen”, zegt Jacob. Olympic Fruit importeert de druiven in samenwerking met Mehadrin.

(agf.nl, 14 mei 2012)

"Jordan Valley"? Mehadrin? Dat zijn dus zure druiven, die zeer zeker niet "uit Israël" komen, maar uit de bezette Westelijke Jordaanoever, waar ze door illegale kolonisten op gestolen grond worden verbouwd.


Israëlische ambassadeur Harry Kney-Tal (l) wordt rondgeleid door directeur
Thijs van den Heuvel (r) en MTEX-directeur Oron Ziv.

Mehadrin Tnuport Export (Mtex) is partner van Olympic Fruit, en opereert in Nederland (MTEX Holland B.V.) vanuit hetzelfde gebouw in Barendrecht. Mehadrin (bekend van het merk Jaffa) koopt oogsten van kolonisten op de West Bank, plakt er een sticker "Produce from Israël" op, en worden vervolgens door Olympic Fruit in Barendrecht in- en doorverkocht aan Nederlandse supermarkten, waaronder Albert Heijn. Die daar ook weer als producten "uit Israël" aan de klant worden aangeboden. Op deze manier maakt Olympic Fruit zich in wezen direct schuldig aan misleiding en heling. Het bedrijf verdient geld aan de bezetting van de Palestijnen, een bezetting door de hele wereld unaniem veroordeeld wordt. Ook vormen de illegale nederzettingen het grootste struikelblok in vrede tussen Israël en de Palestijnen, en maken een 'tweestatenoplossing', waar ook Nederland voorstander van is, onmogelijk. Olympic Fruit maakt een omzet van ± 500 miljoen euro per jaar en streeft er naar om over 4 jaar een miljard euro om te zetten.

Wat Olympic Fruit en Mehadrin doen is in beginsel al verboden

Europese Commissie, Straatsburg 13 mei 1998

EU-Israël: Tenuitvoerlegging van de interim-overeenkomst in het kader van een versterkte regionale samenwerking

"Volgens de internationale gemeenschap en het internationaal publiekrecht met inbegrip van alle desbetreffende resoluties van de VN-Veiligheidsraad maken noch de Israëlische nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook noch de door Israël unilateraal geannexeerde delen van Oost-Jeruzalem en de Golanhoogte deel uit van de staat Israël.

De Europese Unie heeft zich ononderbroken gehouden aan dit standpunt, met name in de Verklaring van Venetië van 1980, de Verklaring van de Raad van Luxemburg van oktober 1996, de Verklaring van de Europese Raad van Dublin van december 1996 en de "oproep tot vrede" van Amsterdam van juni 1997.

Preferentiële toegang tot de EU-markten voor uitgevoerde producten van oorsprong uit Israëlische nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook enerzijds en in Oost-Jeruzalem en op de Golanhoogte anderzijds, zou in strijd zijn met de overeengekomen oorsprongsregels."

"Er zijn talrijke bewijzen dat de praktijk om Palestijnse producten met een Israëlisch oorsprongscertificaat te exporteren als zijnde "made in Israël" geldt voor een aanzienlijk deel van de totale export naar de Europese Unie van producten van Palestijnse oorsprong.

De Europese Unie zal stappen ondernemen om de juistheid van deze informatie te onderzoeken volgens de procedures die met Israël zijn overeengekomen in aansluiting bij de werkzaamheden van het Samenwerkingscomité. Indien zou blijken dat het Protocol betreffende de oorsprongsregels inderdaad wordt geschonden, dan moet een eind aan die praktijk worden gemaakt."

Staattssecretaris Van Gennip (Economische zaken) in 2007:

"In ieder geval staat vast dat de Golan Hoogte, de Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever op basis van het internationale recht aangemerkt dienen te worden als door Israël bezet gebied. Nederland onderschrijft dan ook de stelling dat producten van oorsprong uit deze nederzettingen niet het oorsprongsmerk «Israel» mogen dragen."

(Kamerstuk 2060703760)


De koelopslag van Mehadrin bij Olympic Fruit in Barendrecht.

Olympic Fruit's partner Mehadrin (Mtex)

Mehadrin verkoopt producten uit illegale nederzettingen, en plakt daar illegaal het label "Produce from Israël" op. Ook levert Mehadrin in samenwerking met Mekorot, het Israëlische staatswaterbedrijf, drink- en irrigatiewater aan de illegale nederzettingen - een schending van het internationaal recht. Vergunningen voor Palestijnen voor toegang tot water, of zelfs maar het mogen opvangen en opslaan van regenwater, moeten echter bij het Israëlische leger worden aangevraagd, en worden zelden uitgegeven. Mehadrin baat voor de watervoorziening van de kolonisten 19 Palestijnse bronnen en mountain aquafiers uit. De etnische discriminatie van de watervoorziening zorgt ervoor dat Palestijnse boeren nooit in staat zullen zijn om een redelijk bestaan op te bouwen. 180.000 tot 200.000 Palestijnse gemeenschappen krijgen helemaal geen toegang tot (hun) water. Het recht op water is een primair mensenrecht.

Amnesty International schrijft in haar rapport Troubled Waters - Palestinians denied fair access to water (pdf):

The inequality in access to water between Israelis and Palestinians is striking. Palestinian consumption in the OPT is about 70 litres a day per person – well below the 100 litres per capita daily recommended by the World Health Organization (WHO) – whereas Israeli daily per capita consumption, at about 300 litres, is about four times as much. In some rural communities Palestinians survive on far less than even the average 70 litres, in some cases barely 20 litres per day, the minimum amount recommended by the WHO for emergency situations response.

In 1982 the West Bank water infrastructure controlled by the Israeli army was handed over to Mekorot, the Israeli national water company. Mekorot operates some 42 wells in the West Bank, mainly in the Jordan Valley region, which mostly supply the Israeli settlements. Mekorot sells some water to the Palestinian water utilities, but the amount that it sells is determined by the Israeli authorities, not by Mekorot.

Under the new Israeli military regime imposed in the OPT, Palestinians could no longer drill new wells or rehabilitate or even just repair existing ones, or carry out other any water-related projects (from pipes, networks, and reservoirs to wells and springs and even rainwater cisterns), without first obtaining a permit from the Israeli army. In theory, such permits for drilling or rehabilitating wells could be obtained after a lengthy and complicated bureaucratic process; in practice, most applications for such permits were rejected. Only 13 permits were granted in the 29 years from 1967 to 1996 (when the PWA was established), but all of these were for projects for domestic use only and they were not sufficient to make up even for the replacement of wells that had dried up or fallen into disrepair since 1967.


Op 23 april jl. vernietigde het Israëlische leger vier reservoirs voor regenwater ten noordoosten van Al Khalil (Hebron). Een week eerder sloopte het vier waterreservoirs ten zuiden van Al Khalil (bron). Op 2 mei jl. sloopte het IDF er in de buurt nog een.

Olympic Fruit in Barendrecht zou dit rapport van Amnesty International moeten lezen om volledig op de hoogte te zijn van hun verantwoordelijkheid voor de schrijnende situatie van de Palestijnse boeren, die niet alleen het gebruik van (hun eigen) water wordt verboden door de bezetter, maar ook nog eens slachtoffer zijn van aanvallen van, en de vernietiging van hun oogsten en vee door, kolonisten. De mensen met wie Olympic Fruit via hun partner Mehadrin zaken doen. Die aanvallen zijn volgens de VN in 2011 met 32% toegenomen in vergelijking met 2010, en met 144% in vergelijking met 2009.


Vegetable crops and irrigation network being uprooted by an Israeli army bulldozer in Jiftlik,
Jordan Valley, 11 March 2008. (Amnesty International)

Internationaal recht

Ook zou Olympic Fruit zich moeten verantwoorden voor het feit dat het bedrijf met het inkopen van producten uit illegale nederzettingen in bezet gebied de volgende schendingen van het internationaal recht in de hand werkt, financiert, faciliteert, en/of in stand houdt:

Article 53 of the Fourth Geneva Convention of 1949
"Any destruction by the Occupying Power of real or personal property belonging individually or collectively to private persons, or to the State, or to other public authorities, or to social or cooperative organizations, is prohibited, except where such destruction is rendered absolutely necessary by military operations."

Article 147 of the Fourth Geneva Convention of 1949
"Extensive destruction and appropriation of property not justified by military necessity and carried out unlawfully and wantonly, is a grave breach of the Convention."

Article 23 of the Hague Convention of 1907
"In addition to the prohibitions provided by special Conventions, it is especially forbidden to destroy or seize the enemy's property, unless such destruction or seizure be imperatively demanded by the necessities of war"

Article XXXI from Oslo II Interim Agreement of 1995 signed between Israel and the Palestinian Liberation Organization (PLO)
"Neither side shall take any step that will change the status of the West Bank and the Gaza Strip"

Article 5 of the International Convention on the Elimination of All Forms of Racial Discrimination of 1965
"'States' Parties undertake to prohibit and eliminate racial discrimination in all of its forms and to guarantee the right of everyone, without distinction as to race, color, or national or ethnic origin, to equality before the law, notably in the enjoyment of the following rights: (e) in particular ... (iii) the right to housing'."

Resolution No. 1544-(2004) of the United Nations Security Council
"The Security Council called on Israel to respect its obligations under international humanitarian law, particularly the obligation not to undertake home demolitions contrary to that law".

Beqa’ot

De illegale joodse nederzetting Beqa’ot, enkele kilometers ten oosten van Nablus op de Westelijke Jordaanoever, kweekt druiven (en dadels) voor Mehadrin. De kans is dus aanzienlijk dat de door Olympic Fruit aangeprezen druiven op agf.nl daar vandaan komen.

De Israëlische mensenrechtenorganisatie B'tselem rapporteerde dat Beqa’ot per inwoner gemiddeld 406 liter water per dag toebedeelt krijgt. Dat is zelfs drie keer meer dan een inwoner van Israël. Het Palestijnse dorp Al-Hadidiya dat naast Beqa’ot ligt krijgt slechts 20 liter per inwoner per dag toebedeeld. Dat is 20 keer minder, een hoeveelheid die alleen in rampgebieden te vinden is.

Twee artikelen:

Jordan Valley: threat of imminent demolition hangs over the village of Al Hadidiya

Before the 1967 Israeli occupation of the West Bank, Al Hadidiya, near the Jordan Valley villages of Tubas and Jiftlik, was inhabited by over 100 families. Today, only 14 families remain. Since 1967, the village has been demolished four times, and over 3000 dunums of land, necessary for shepherding and grazing of animals, has been stolen by the nearby settlements of Ro’I and Beqa’ot.
...
As a consequence of policies designed to ethnically cleanse the Palestinian Bedouin from Area C of the Jordan Valley, the people of Al Hadidiya lack direct access to education, health care, electricity and water resources. Because villagers are barred from digging water wells or using the Mekorot water pipes that run under their feet, they cannot pursue their traditional agricultural lifestyle and must rear animals, a task made more difficult as more dunums of grazing land are stolen by settlements. “My family were peasants”, living off the land in a stone house, explains Abu Sacher, “but we have been made to live like Bedouin”, dwelling in tents as shepherds. The nearby settlements of Ro’I and Beqa’ot, on the other hand, enjoy an abundance of land and water, government subsidies, high-tech methods, and European markets for their agricultural industry.

Mehadrin’s business in Beqa’ot settlement – and Tesco’s Complicity

Beqa’ot is an illegal settlement located in the Jordan Valley. Established in 1972, it is agriculturally focused and controls around 1800 dunums of land which were stolen from surrounding Palestinian areas, such as the Bedouin community of Al Hadidya. Beqa’ot is a grower for the Israeli company Mehadrin Tnuport Export (MTEX), a part of the huge Mehadrin Group which also owns 50% of STM Agricultural Exports Ltd -another Israeli company dealing in vegetables. MTEX export around 70% of all their produce to outside Israel and are one of the largest suppliers for the Jaffa brand world wide. According to Palestinian workers in the settlement, Mehadrin has had a monopoly on exports from there for around two years. Before that they also used to work with Carmel Agrexco. Some Arava boxes were also spotted inside the settlement packing area.

Produce grown in Beqa’ot include grapes and dates which get exported abroad. Corporate Watch were shown boxes of Medjoul dates exported through Mehadrin Tnuport Export from Beqa’ot which had text in English, French and German, and which clearly stated “Produce of Israel”. There were also labels for grapes with the same information.


One of the growers' packing houses in Beqa'ot bearing the Mehadrin Tnuport logo


Fields of grapes growing close to Beqa'ot


The Israeli flag flying outside the entrance to Beqa'ot

As in all West Bank settlements, labour conditions for Palestinians working there are dismal. I interviewed four Beqa’ot workers on four different occasions, and they all told me that they have no contracts, get no health insurance and no payslips for their work. Furthermore, three of them stated that they get paid 56 NIS [11 euro] a day -the lowest wage I have come across anywhere in the heavily exploited Jordan Valley. The Israeli minimum wage, which also applies to settlements, is over 160NIS per day.

Het boycotten van bedrijven als Olympic Fruit wint terrein

In Groot-Brittannië is de supermarktketen Co-op (The Co-operative Group) drie weken geleden gestopt met zaken doen met Israëlische bedrijven die producten uit de illegale nederzettingen exporteren: Agrexco, Arava Export Growers, Adafresh en Mehadrin. Eerder had het al besloten om geen producten uit nederzettingen meer aan te bieden. The Guardian:

Hilary Smith, Co-op member and Boycott Israel Network (BIN) agricultural trade campaign co-ordinator, said the Co-op “has taken the lead internationally in this historic decision to hold corporations to account for complicity in Israel’s violations of Palestinian human rights. We strongly urge other retailers to take similar action.”

A spokesperson for the Palestinian Union of Agricultural Work Committees, which works to improve the conditions of Palestinian agricultural communities, said: “Israeli agricultural export companies like Mehadrin profit from and are directly involved in the ongoing colonisation of occupied Palestinian land and theft of our water. Trade with such companies constitutes a major form of support for Israel’s apartheid regime over the Palestinian people, so we warmly welcome this principled decision by the Co-operative. The movement for boycotts, divestment and sanctions (BDS) against Israel until it complies with international law is proving to be a truly effective form of action in support of Palestinian rights.”.

TRANSLATE

No comments:

Post a Comment